Een leven lang in het Bamboebos

Een leven lang in het Bamboebos

Posted by marije-ter-weele | 06 April 2016 | Publications

Experiences in a Remote Place 1 Marije ter Weele

As posted on: GEENZEN
Tekst © Ron Sinnige / geen zen | Beeld © Marije ter Weele

Op zondag 26 juli 2015 hield ik in studio Ayqido een lezing bij een kleine foto-expositie,Kyoto Immersive, van Marije ter Weele. Ter voorbereiding interviewde ik Marije over de expositie en haar manier van werken. Daaronder de aankondiging van de lezing.
Marije ter Weele maakt fine-art fotografie. Ze heeft een intense drang om nieuwe landen en culturen te ontdekken. Ze werd getroffen door de Japanse manier van leven en de schoonheid van het land. Een eerste ervaring met zenmeditatie in een tempel in Kyoto raakte haar diep.

In de galerie hangt de serie Doors of Daitokuji. Hoe is die ontstaan?
Ik zat voor de deur van een zentempel, om te vragen of ik er mocht komen mediteren. Ik wachtte en wachtte op een monnik die naar buiten zou komen, en bestudeerde intussen alleen maar die deur. Tijdens het wachten begreep ik dat mijn zenmeditatie al was begonnen – die deur was nog dicht, maar een wereld ging open. Die heb ik geprobeerd uit te drukken in de serie. Het is een uitnodiging om de schoonheid om ons heen te zien en te waarderen.
Vanaf toen mediteerde ik elke ochtend in de tempel, een subtempel van Daitokuji. Na het mediteren resoneerde ik nog urenlang na. Zo liep ik dan in het bamboebos achter mijn tuin. En vanuit die state of mindkijk en fotografeer ik, één met mijn camera.
Ik houd van fotografie, dit medium past perfect bij wie ik ben. M’n intuïtie, rationaliteit en handelen werken volledig samen, in een split second kan ik dat omzetten in een foto.

Ik ben niet op zoek naar iets speciaals

In Japan maken mensen geen onderscheid tussen de subjectieve ervaring en het objectieve zien van de natuur. Wat me raakte in het bamboebos was de grote kleurenreeks ervan, alle vibrerende ‘tussenkleuren’. In het westen zijn die naamloos, maar in Japan hebben ze allemaal een naam. Dat wist ik toen niet, daar kwam ik pas later achter. In die tussenkleuren zag ik het leven gereflecteerd. Ik begon pas met fotograferen op het moment dat ik me helemaal één voelde met het bos. Liminal komt vanuit die essentie: verbonden met het bos probeer ik die vibrerende tussenkleuren vast te leggen, mijn state of mind vast te leggen.
Ik zag iets wat ik nooit eerder gezien had, maar toch herkende. Toen ik het zag kreeg ik een heel apart warm gevoel, mijn lichaam begon te tintelen. Dan weet je dat je goed zit. Het werk is een weerslag van hoe ik de wereld zie en ervaar. Dat is voor mij de kern ervan: ik zag de hele wereld in het beeld dat ik had geschoten, de essentie van wat leven is. Maar ik ben voorzichtig om het als zodanig te presenteren.
Ik vind dat spannend, want wat geeft ik dan exact weer? Wat is er eerst, wat is de reflectie in het werk? Is het de natuur, het bos? Of mijn hele leven op dat moment, of de uitwerking van wat ik voel? Dat is uiteindelijk niet te scheiden. Ik ben in het bos op dát moment. Ik kom uit het klooster op dát moment. Mijn geest is ‘zen’ op dat moment – het is pure weergave, maar dan abstract vormgegeven. In de Liminals kan je fysiek het werk ingezogen worden. Ik druk ze af op één bij één meter, dan ervaar je het intenser.
In zazen zoek je naar jezelf. Met fotografie ook: het meest bijzondere gebeurt gewoon voor je neus, ik ga het niet verzinnen, het is gewoon openstaan, ontvankelijkheid. Die tempeldeuren, daar hebben duizenden mensen voor gezeten. Op het moment dat ik daar ben, geef ik me over aan het hier en nu, m’n aandacht volledig op scherp. Net uit zenmeditatie zie ik net iets scherper, al m’n zintuigen staan volledig open, dan gaat de rest vanzelf.

Hoe zijn de beelden in Liminal gemaakt? Heb je gewoon een foto gemaakt, heel dichtbij, of niet? Hoeveel Photoshop gebruik je?

Het zijn heel open shots van de natuur, van een bepaald lichtpunt, soms op ware grootte, maar soms ook een heel klein detail, wat direct ook het grote representeert. Het is het aanvaarden van het moment. Ik doe geen nabewerking, wat je ziet is wat ik zag!
Photoshop heeft voor mij alleen als doel om weer te geven wat ik zag. Als er iets kleins in de foto zit dat dit beeld verstoort, haal ik het weg. Meestal is dat niet nodig, want dat zie ik op het moment van schieten al. Als er een vlieg op de tempeldeur zit die ik er niet op wil, wacht ik tot ‘ie wegvliegt en maak ik de foto opnieuw. Ik ben wel zo idioot dat ik soms een paar uur wacht totdat een beeld dat ik zag en wilde vastleggen zich weer opnieuw aandient, als het de eerste keer niet lukte.
Als ik van het materiaal een serie maak, ben ik vaak alweer in een ander land. Dan heb ik iets meer afstand. Uiteindelijk zoek ik die beelden uit die me terugbrengen naar die plek, die gemoedstoestand, de essentie van wat ik toen wilde zeggen. Dan is er meer ratio aanwezig.

Ik ben een robot vol gevoel

Ik ben een robot vol met gevoel. Open voor alles. Bij het maken van de Liminal-serie benader ik de kleuren objectief, leg ze objectief vast. Ik ben daar als een klapdeurtje. Een doorgeefluik van die wereld. Het is aan deze wereld om er iets mee te doen, of niet.
Ik wil nooit iets origineels doen, ben nooit op zoek naar iets speciaals. Het is mijn geest, mijn zijn dat iets opvalt, en dan denk ik godverdomme, dat moet de wereld zien.

De Liminals doen soms denken aan Rothko. Wat opvalt is dat bij jou de expressie voortkomt uit zazen, en bij Rothko net als bij Mondriaan uit een ontwikkeling in stijl door de jaren heen, van meer figuratief naar steeds abstracter. Is Rothko een inspiratie voor je?

De eerste keer dat ik emotioneel geraakt werd door een kunstwerk was in Tate Modern. Ik stond voor een metershoog werk van Richter. In de zaal ernaast hing Rothko. Ik wist niet of ik nou moest janken, of gillen van geluk. Ik zag een wereld in die schilderijen, het raakte de kern van mezelf. Bij Richter zag ik wereldleed, oorlogen. Dat is niet zijn intentie, maar dat riep het wel op. Bij Rothko was het meer spiritueel, iets wat je niet kunt grijpen. De intensiteit en puurheid ervan riepen pijn en liefde in me op. Wauw, dit is wat kunst kan doen!, dacht ik.
Dat heeft diepe indruk gemaakt, het is in me gaan zitten. Elk beeld sla ik op, maar ik laat het ook weer los. De Liminals lijken er volgens sommige mensen op, maar dat is niet de intentie. Toen ik in het bos liep, herkende ik iets, maar tegelijk wist ik zeker dat ik het nooit eerder had gezien. Ik kan niet anders dan het vastleggen.
De Liminals zijn vanuit het onbewuste gecreëerd, vanuit onbevangenheid. Ik wist niet wat het betekende en dat vond ik fijn. Na terugkomst in Nederland keek ik ernaar en besefte ik: dit is wie ik ben, dit is wat ik wil zeggen. Toen ben ik nog twee keer teruggegaan naar Japan om de serie af te maken.

Je hebt nog een hele kunstenaarsloopbaan voor je. Wat overtreft de Liminals?
Ik vraag me geen moment af: hoe kan ik hier overheen? Ik zie kunstenaarschap als een dagboek. In Japan heb je de I-novel. Ik ben een beeldend kunstenaar en zie mijn werk als een eye-novel. Ik schrijf geen confessionele, persoonlijke literatuur, maar doe het in mijn beelden. Mijn leven weerspiegelt zich in mijn fotografie.

Je bent wat je maakt op dat moment. In Kyoto kwam dat tot uiting door de meditatie, waardoor ik door de diepste kern ging. Dat resulteerde in Liminal,Experiences in a Remote Place en Between Here and Nowhere.
Na deze zen-series, die toch vaak heel esthetisch zijn, had ik er behoefte aan om mijn rauwheid te uiten in mijn werk. Toen ontstond I Promise not to fall in Love with you, waarin ik mijn nachtelijke episodes met mannen vastleg. De rauwheid en aftandsheid van die beelden – die op zich niet zo diepgaand zijn, maar toch net zo diepgaand – linkte ik uiteindelijk aan het spirituele van de Liminals.
Ik wil me verder verdiepen in zen. Zen maakt me gelukkig en ik voel dat er nog meer ‘zen’-series inzitten. Dit soort werken maakte ik alleen in Kyoto, maar het kan ook ergens anders in de natuur.
In ieder geval maak ik ze niet in Tokyo, waar ik ook graag woon. Daar maak ik series over het aardse leven. Een andere kant van de stad Tokyo. Ik ben nu geld aan het verzamelen om weer terug te kunnen naar Tokyo om mijn Tokyo Metro-series af te maken. Uiteindelijk wil ik daar een fotoboek van maken.

Maar eerst een projectje tussendoor in Marrakech. Ik zag daar iets opmerkelijks, voor de bewoners heel gewoon, maar voor mij als buitenstaander de kern van Marrakech.

Ik ben mijn leven lang in het bamboebos

Het is nooit klaar. Ik ben mijn leven lang in het bamboebos, altijd op zoek naar een beeld, een reflectie, leegte en volheid, mijn state of mind.

Read more:
Belichaamde leegte I: Doors of Daitokuji
Belichaamde leegte II: het begrip ‘Ma’
Belichaamde leegte III: ‘Ma’ in de Japanse kunst
Belichaamde leegte IV: Zen in de kunst van Marije ter Weele

Related Blogs

New Dutch Photography Talent, GUP magazine, Marije ter Weele
Posted by marije-ter-weele | December 25, 2016
The opening exhibition and booklaunch of New Dutch Photography Talent 2017 was fun! Hereby an impression…
I Promise not to fall in Love with you by Marije ter Weele
Posted by marije-ter-weele | August 26, 2016
Woot, Woot  the Big Amsterdam Art Calendar 2016 is published and my work is in it. No meat, but 3 kilo of fresh art. Every day you’ll discover a new...
Doors of Daitoku-ji
Posted by marije-ter-weele | July 31, 2016
  I spoke with Ron Sinnige about ‘Embodied Void’ and my art. He wrote about it in four parts on his blog GEENZEN. In Part I we talked about the...